Terugkijkend lijken de activiteiten van Duurzaam Soesterkwartier in Amersfoort een volstrekt logisch verhaal. Maar wie tien jaar geleden wandelde door de wijk Soesterkwartier zag een onaantrekkelijke wijk met verloederende werkplaatsen en verlaten rangeerterreinen. De laatste jaren schieten de groene bewonersinitiatieven als paddenstoelen uit de grond. Hoe werd dit monumentale stukje Amersfoort getransformeerd tot een innovatieve wijk?
Wietplantages en houseparty’s
Tien jaar geleden was het Soesterkwartier in Amersfoort een desolate wijk met verlaten rangeerterreinen, waar wietplantages welig toerden, jongeren doelloos rondhingen en illegale houseparty’s werden gehouden in de oude leegstaande fabrieken. Door gemeente en woningcorporaties werden vanaf 2006 woningen gerenoveerd, de openbare ruimte werd opgeknapt en de hotspotaanpak toegepast:
overlastsituaties wedren aangepakt en mensen met complexe problematiek kregen hulp. Maar toen de crisis uitbrak moesten veel plannen voor de wijk worden afgeblazen.
Duurzaamheid als verbindend thema
De bewoners namen daarop het heft in eigen hand. Uit een enquête die buurtactiviste Joke Sickmann hield, bleek dat het verbeteren van het milieu een verbindend thema was. De vereniging Duurzaam Soesterkwartier werd opgezet, die zich inzet voor energiebesparing, duurzame energie en duurzaam bouwen. Deze vereniging is een vorm van publiek/private/particuliere samenwerking waarin buurtbewoners, de NS en de gemeente Amersfoort participeren. Er zijn werkgroepen, zoals de werkgroep Zon op School, die heeft gezorgd voor zonnepanelen op het dak van de basisschool. Er worden duurzame woningen gebouwd en er zijn energieborrels waar buurtbewoners elkaar ontmoeten en voorlichting krijgen over energiebesparende maatregelen.
Community
Een bijkomend effect is de versterkte sociale samenhang in de wijk. Bestuurslid en bewoner Henry de Gooijer is er duidelijk over: “De beslissing van het bestuur om duurzaamheid als samenbindend thema te gaan gebruiken, is cruciaal geweest. Als je afzonderlijke werkgroepen blijft runnen, ieder met zijn eigen gezicht en goede bedoelingen, word je niet herkenbaar voor de wijk en vloeit de energie weg. Nu kent bijna iedereen in de buurt Duurzaam Soesterkwartier. De les? Dúrf keuzes te maken. En onderken de waarde van het sociale netwerk als je met duurzaamheid aan de gang gaat.”
Vernieuwend
De oude werkplaats van de NS, die in 2000 was gesloten en midden in de wijk lag, dreigde te verloederen. De vereniging Duurzaam Soesterkwartier besloot het terrein een nieuwe invulling te geven. Zo kwam de Wagenwerkplaats tot stand: een broedplaats van economische creativiteit en onderwijs, waar bewoners kunnen leren en werken, spelen en uitgaan. De brede coalitie van partijen maakt de Wagenwerkplaats tot een bron van inspiratie voor andere projecten. Het project is onderscheiden met de Saxion-stimuleringsprijs voor de meest inspirerende aanpak van stedelijke vernieuwing. Tot in Brussel wordt de vereniging genoemd als voorbeeld van sociale innovatie.
Wijkeconomie
Omdat het Soesterkwartier (nog steeds) een wijk is met een hoge werkeloosheid, ontstond het concept wijkeconomie, bedoeld om mensen met een lage opleiding aan het werk te helpen. Het komt erop dat de betrokken partijen zodanig investeren in de wijk dat de economie weer opbloeit. In navolging van Engelse voorbeelden en lokale munten in Amsterdam en Rotterdam, is er een lokale munt ontstaan, waarmee mensen kunnen betalen bij de lokale middenstand en elkaar kunnen belonen voor wederzijdse diensten, bijvoorbeeld als iemand een klus verricht.
Ecologische woonwijk
Sinds kort heeft de vereniging zich gericht op een nieuw en ambitieus project, de Soesterhof. Burgers realiseren met elkaar een ecologische woonwijk op een deel van de Wagenwerkplaats dat tot op heden eigendom is van de NS. De missie van de bewoners past goed in het streven van de gemeente Amersfoort om in 2030 een CO2-neutrale stad te zijn. Energieneutraal en zelfvoorzienend zijn de thema’s van deze nieuwe wijk: groene dakterrassen, een gezamenlijke binnentuin met moestuin voor de hele buurt en zonnepanelen op de daken. Inmiddels hebben de toekomstige bewoners nagedacht hoe zij het terrein willen inrichten, en zijn er vier verschillende architectenbureaus uitgenodigd.
Afvalloze wijk
Daarnaast werkt de vereniging aan het community-project Duurzaamheidsvisie 2015-2050 van de Wagenwerkplaats, waaraan bewoners van het Soesterkwartier, toekomstige bewoners van de Soesterhof, de gemeente, het Waterschap en de NS meewerken. Hierin staan acht werksporen beschreven voor het lokaal innoveren en samenwerken. In een van de werksporen ‘De Wagenwerkplaats werkt circulair’ is de doelstelling voor 2050 als volgt samengevat: ‘Op de Wagenwerkplaats bestaat er geen afval meer. Al het afval is grondstof, de circulaire gedachte wordt hier maximaal toegepast. Het eerste afvalloze, circulaire gebied in Nederland is gerealiseerd.’ Fokke de Jong, de huidige voorzitter van de vereniging Duurzaam Soesterkwartier,: “Er is een groot enthousiasme en een enorme betrokkenheid van bewoners bij de activiteiten van de vereniging. Samen kun je écht het verschil maken.”
Ervaringen met de overheid
De inzet en vasthoudendheid van de tientallen vrijwilligers van Duurzaam Soesterkwartier zijn indrukwekkend en aanstekelijk. Hoe hebben zij de rol van de overheid de afgelopen jaren ervaren. Bestuurslid en bewoner Henry De Gooijer: “Het kan wel wat sneller. Met de werkgroep “Zon op School” zijn we bezig zonne-energie een plek te geven op onze basisschool “De Kubus”. Met een door bewoners gesponsord dak met zonnepanelen als belangrijk element. Wat zie je gebeuren? De dienst Milieu van de gemeente is heel erg enthousiast, ze ondersteunen voluit. Maar de dienst Onderwijs heeft, logischerwijs, andere prioriteiten. Daar gaat het trager. Dat is op zich niet erg, ware het niet dat dit soort projecten kwetsbaar is, vaak afhangt van de inzet van mensen met drukke agenda’s en de energie, of het momentum, voor je het weet is weggevloeid.’”
Lessen voor de overheid
Wat kan de overheid beter of anders doen? De Gooijer: “Dat de overheid het raam meer open heeft staan. Dat ze in staat is meer naar de beweging in de samenleving te kijken en daarop aan te sluiten. En, waar nodig, tijd en energie vrij te maken. Noem het ‘mee schakelen met de maatschappij’, de “flow” van wat er gaande is. Als overheidsafdelingen – zoals in dit geval Milieu en Onderwijs – onderling meer verbonden zijn en elkaar informeren, zou dat enorm helpen. Verder is er een zekere cultuuromslag nodig: zie de actieve burger niet als lastig, maar neem hem of haar serieus.”
Geef een reactie