Stichting Flore bestaat uit ruim dertig basisscholen, zevenhonderd medewerkers en 7600 leerlingen in de kop van Noord-Holland. Een aantal (adjunct-) directeuren van deze basisscholen hadden het gevoel dat er een te grote diversiteit was onder de scholen voor eensluidende plannen en besluiten van bovenaf. Ze wilden meer ruimte voor de teams om hun eigen keuzes te maken.
Hoe regisseer je een kanteling in het onderwijs?
De directeuren besloten tot twee gezamenlijke studiedagen waarbij ze onder leiding van Alex van Emst reflecteerden op het onderscheid tussen ambtelijke, politieke en professionele schoolcultuur. Tijdens die tweedaagse constateerden ze dat ze toe wilden naar een meer professionele cultuur. Gezamenlijk stelden ze een profiel op voor twee procesbegeleiders en deze werden in alle openheid ‘erkend’ uit hun midden. Dat was uitzonderlijk, want zoiets ging tot dan toe via officiële (en vaak ondoorzichtige) procedures.
Een van de twee procesbegeleiders die door de groep van directeuren werden ‘erkend’ was Stef van Wickeren, directeur van Dalton Kindcentrum in Heerhugowaard. “We noemen ons ‘regisseur’. We stellen interventies voor en zijn een beetje het geweten van de professionele organisatie. Onze rol was in het begin niet zo duidelijk. We stonden voor de vraag, hoe je een kanteling regisseert in een onderwijsorganisatie. Het samen ontwerpen in een cultuur van ‘al doende leert men’ kon beginnen.”
Professionele in plaats van positionele hiërarchie
Om weg te komen van de ambtelijk/politieke cultuur maken de regisseurs onderscheid tussen positionele en professionele hiërarchie, waarin de mensen met de meeste kennis het meest te zeggen hebben. “Als mensen invloed hebben, hun kwaliteiten worden erkend en er ruimte is voor diversiteit, ontstaat professionele interactie. Niet meer eindeloos zoeken naar consensus wat resulteert in bloedeloze compromissen, maar als 80% van de docenten het er mee eens is, de beslissing nemen.” Een vorm van professionele hiërarchie is dat sommige teams werken met een binnen- en buitencirkel. In de binnencirkel zitten de beslissers, de mensen die er het meest van weten, in de buitencirkel luisteren mensen mee, stellen vragen en vullen aan.
Teams bepalen zelf hun koers
Een van de interventies van procesbegeleiders is om, op uitnodiging, in teams het onderscheid tussen ambtelijke, politieke en professionele cultuur te verhelderen en hen te laten bespreken waar ze staan en waar ze zouden willen staan. Een eigen analyse zorgt voor eigenaarschap. En vrijwel overal kiest het team voor een ontwikkeling richting een meer professionele cultuur. “We geloven in een parallel proces. Dat wat we met de directeuren hebben doorgemaakt, laten we de teams ook ervaren en hun eigen keuzes maken. Zo zijn er in sommige teams ook al procesbegeleiders ‘erkend’. De teams bepalen hun eigen interventies om tot een professionele cultuur te komen.
Horizontale leergemeenschappen
Het organogram van de meeste scholen is niet veranderd. Wel zijn er allerlei teamoverstijgende leergemeenschappen gevormd, waarin leraren en leidinggevenden participeren. De leergemeenschappen gebruiken methodieken waarin uitwisselen, ontwerpen, kennis overdragen, onderzoeken, experimenteren, oefenen en visiteren èchte werkwoorden zijn. Zo zijn er kwaliteitskringen, intervisie- en onderzoeksgroepen, werkplaatsen, innovatie-ateliers en proeftuinen. Er is een experiment “Jouw school, mijn school” waarin medewerkers voor een bepaalde periode wisselen van werkplek. Al deze methodieken met hun principes worden herkenbaar en levendig verbeeld op posters en binnen het Intranet van Flore, het ‘Floreveld’.
Leren met en van elkaar
Elke vierde week van een periode worden alle medewerkers van de Stichting Flore maximaal in de gelegenheid gesteld om naast hun reguliere werk in hun schoolorganisatie deel te nemen aan leergemeenschappen waarin positie of school waar ze werken er niet toe doen. Met name de kleinere leergemeenschappen laten zien dat het mogelijk is om te leren en werken met elkaar en samen te komen tot verbetering. Betrokkenheid van leraren-in-opleiding, lectoren van de PABO, leden van de Raad van Toezicht en wetenschappers van de Vrije Universiteit geven soms een extra dimensie aan dit leren. Nieuwe inzichten worden ingebracht en verweven met de eigen kennis en ervaring. Zo gaf Henk van der Weijden, oud inspecteur van het onderwijs en lid van de Raad van Toezicht van Stichting Flore een koffiecollege op de Paulusschool in Heiloo. Leraren, ouders en ook andere buurtbewoners werden door hem meegenomen in de wijze waarop vernieuwingsonderwijs en ontwikkelingsgericht onderwijs passend wordt ingevuld.
Toeschouwers worden spelers en gangmakers
In een leergemeenschap ervaren leraren dat anderen hen waarderen, dat ze zelf al veel kunnen en veel bereiken samen met anderen, en dat ze daarin vertrouwen en plezier ervaren in eigen professionaliteit. Geen leren binnen bestaande, en vaak klemmende structuren, maar leren met ruimte, vertrouwen en erkenning. Stef: “Al deze interventies dragen bij aan ander gedrag binnen Flore. Van ‘toeschouwer’ worden ze speler. Ze spreken elkaar aan en worden aangesproken. Niet op de man, maar op de bal. Ze nemen risico’s, worden gangmaker, en leren opdenken of in mogelijkheden denken.” Een ander aspect van de professionele schoolcultuur is een omslag van beoordelen naar waarderen. “We hadden een gesprekscyclus om die 5% aan te spreken die eigenlijk niet goed functioneerde. Daar ging alle energie in zitten, terwijl 95 % van de leraren hun werk gewoon goed doet. Daarom hebben we gesprekken waarin we benomen wat we waarderen en welke ontwikkeling we hebben gezien bij de persoon die ‘een leven lang leert’ in een professionele cultuur.
Resultaten
Energie, dynamiek, eigenaarschap, het spat er vanaf in sommige teams en in de Flore leergemeenschappen. Het doet veel met medewerkers als ze de ruimte krijgen om, vanuit eigen passie en deskundigheid, zaken op te pakken die ze zelf belangrijk vinden. Ook de ouders en kinderen merken dat er een nieuwe dynamiek is. De ontwikkeling verloopt organisch, er is geen blauwdruk en er is veel diversiteit, zowel in tempo als in invulling. “We kijken steeds opnieuw wat de volgende stap moet zijn en welke interventie zinvol is.” Zo hebben de directeuren ontdekt dat ze in dit stadium een aantal gezamenlijke pedagogische uitgangspunten nodig hebben. Daarbinnen kunnen de teams dan zelf het onderwijs vormgeven. Stef: “Uiteindelijk hopen we natuurlijk dat een meer professionele schoolcultuur de interactie tussen leraar en leerling versterkt. Als de leraar in zijn of haar kracht staat, kan het niet anders dan dat de leerlingen in hun kracht staan en leren, kortom ‘leerling’ worden.”
Uitdagingen
Welke hobbels komt Flore tegen in de ontwikkeling naar een meer professionele cultuur? Iedereen moet ander gedrag leren, de medewerkers zijn allemaal zoekende. Veel leidinggevenden zoeken naar een goede invulling van hun rol. Ze gedragen zich soms nog als toeschouwer: wachten op ‘de baas’, ‘uniforme afspraken’, of het oordeel van de inspectie. In de leergemeenschappen zitten ze net als ieder ander, niet op grond van hun positie. Sommigen ervaren dat ze meer met de billen bloot moeten.
Ook voor leraren is het wennen dat niet de leidinggevende, maar degenen met het meeste verstand van zaken beslissingen nemen. In de teams die met een binnen- en buitencirkel werken hebben sommige leraren het gevoel iets te missen. Stef: ”We hebben jarenlang gevangen gezeten in de veronderstelling dat een onderwijsorganisatie vooral democratisch georganiseerd moet zijn. Gelijke monniken, gelijke kappen. Iedereen is gelijkwaardig als mens en als professional. Degene met de minste argumenten of de grootste weerstand heeft dezelfde stem als de moedige vernieuwer, of de specialist met kennis en ervaring. Nog steeds vraagt de omgeving om verantwoording. Het georganiseerd wantrouwen is groot en de reflex is protocolliseren en dus last krijgen van regeldruk en bureaucratie. De transitie naar eigenaarschap en erkende ongelijkheid vraagt veel van mensen en we zijn er nog lang niet. Maar we leren, met en van elkaar. Dat alleen al geeft veel energie en kracht bij de iedereen.”
Geef een reactie