Zorgfederatie Oldenzaal is een kleinere ouderenzorginstelling in Twente, met twee locatiesvoor intramurale zorg en thuiszorg. Eind 2013 is ze gestart met een transitie onder de naam LeefSaam. Deze verschuiving beoogt de regie van de cliënt te versterken door een ander perspectief op de zorg en door het vergroten van de invloed van cliënten en medewerkers. En dus heeft de instelling de omslag gemaakt van verzorgingshuis naar verpleeghuis en van top-down management naar zelforganiserende teams. Tegelijkertijd werd de focus binnen de zorg verlegd van het medische model naar het sociale: het welzijn van de cliënt staat voorop.
Flinke transitie
Drie veranderingen tegelijkertijd, was dat niet wat veel gevraagd van de medewerkers? Volgens bestuurder Wiesje Heeringa betekende het inderdaad keihard werken voor iedereen. Maar als een aantal dingen op zijn kop komen te staan moet je misschien maar alles meteen aanpakken.
Samen leren
Er was geen sprake van een reorganisatie, veeleer van een leerproces. Samen leven – samen leren was het motto. Door leren en reflecteren, verbeteren en borgen met elkaar ontstaat goede kwaliteit van zorg. De hele Zorgfderatie Oldenzaal ging door een intensief traject van trainingen. Cerein, gespecialiseerd in welzijnsgerichte zorg, leerde de medewerkers opnieuw naar hun cliënten kijken en nam hun werkwijze met hen onder de loep. De medewerkers waren vooral gericht op het zorgen en veel minder op spelletjes en sociale activiteiten. De meesten waren echte doeners. Nu letten ze veel meer op het contact met de client.
Reflecteren op je gedrag
Met behulp van een reflectietool bespraken medewerkers hoe zij in een specifieke casus omgaan met een client. Dat was intensief en kostte veel energie en emoties, zowel bij haarzelf als bij haar collega’s. Het was soms flink confronterend om gezamenlijk te reflecteren op ieders manier van handelen ten aanzien van cliënten. Na alle trainingen moet de opgedane kennis nu worden geborgd en daarbij komt de reflectietool nog steeds van pas. De uitdaging is om bewust te blijven van je manier van doen, van hoe je een kamer oploopt, wat voor bewegingen of geluiden je maakt.
Zelforganiseren als logisch gevolg
Het accent op leren en reflecteren leidt uiteindelijk tot zelforganiserende teams. Maar de Zorgfederatie Oldenzaal ziet zelforganiseren niet als een doel, maar uitdrukkelijk als een middel. Bestuurder Wiesje Heeringa is ervan overtuigd dat de kwaliteit van leven van de cliënten ermee omhoog gaat. Haar medewerkers geven haar gelijk: de teams staan het dichtst bij de bewoners en vangen alle signalen op. Die kennis en dat talent worden veel meer aangesproken in zelforganiserende teams. Daar moeten ze oplossingen bedenken voor een vraag een client. Als mensen iets zelf bedenken, staan ze er veel meer achter. Intrinsieke motivatie, eigenaarschap, dat is waar het om draait bij zelforganisatie. Onwennig vonden de medewerkers het wel in het begin. Als team niet afwachten wat voor beleid er op je af komt, maar zélf met plannen komen.
Top-3 onderwerpen in plaats van jaarplannen
Elk jaar in september organiseert de Zorgfederatie Oldenzaal zogenaamde Top-3-bijeenkomsten. Elk team houdt dan een pitch over drie onderwerpen die volgens hen meer aandacht verdienen en waar het team dat jaar mee aan de slag gaat. De eerste bijeenkomst was wel wennen, maar tegenwoordig gaan de medewerkers er enthousiast en ambitieus naar toe. Sommige thema’s die teams inbrengen worden organisatiebreed opgepakt. Mondzorg bijvoorbeeld, meer bewegen, en onbegrepen gedrag. Daar komen de gelden in het kader van Waardigheid en Trots goed van pas. Inmiddels zijn mondzorg en bewegen volledig geïntegreerd in de dagelijkse zorg, het zorgplan en de rapportages. Voor onbegrepen gedrag is een stappenplan ontwikkeld, waarbij het verleden van de cliënt vaak de sleutel blijkt tot beter begrip. Daarbij zijn de mantelzorgers onontbeerlijk.
Samen met de familie
Binnen de teams is dan ook veel aandacht voor goed contact met de familie van de cliënt. Een goede samenwerking tussen de cliënt, professional, mantelzorger en vrijwilliger is essentieel. Waar de zorginstelling voorheen automatisch taken overnam als een client bij hen kwam wonen, ligt het accent nu op goed communiceren over wat cliënten willen. Vertelde een medewerker vroeger wat de client kreeg, nu vraagt ze waaraan iemand behoefte heeft. Bij de komst van een nieuwe bewoner spreekt de medewerker met de mantelzorger af wat voor rol hij of zij wil, naast ons of met ons. Daardoor voelen mantelzorgers zich vrij en gaan bijvoorbeeld zelf koffie zetten op de afdeling.
Ook de behandelaars
In het leerproces werden ook de behandelaars betrokken bij de verandering om het welzijn van clienten meer centraal te stellen. Op de Top-3-bijeenkomsten komen zij net zo goed met hun aandachtspunten. Omdat zij geneigd zijn meer volgens het medische model te kijken en werken is hun betrokkenheid erg belangrijk.
Resultaten
Uit de enquêtes die eind november 2017 uitgezet werden, blijkt dat mantelzorgers inderdaad vinden dat ze met de zelforganiserende teams prima kunnen communiceren en dat ze zich goed bij de zorg betrokken voelen. Ten opzichte van de nulmeting het jaar daarvoor is er duidelijk verbetering zichtbaar. Uit de enquêteresultaten blijkt tevens een duidelijk hogere tevredenheid bij cliënten, vrijwilligers en medewerkers. De organisatie is inmiddels zo ingericht dat cliënten, medewerkers, vrijwilligers en mantelzorgers samen een leefgemeenschap vormen, . die zorgt voor aandacht, warmte, vertrouwen en kwaliteit. Er is meer tijd en aandacht voor de cliënt. Medewerkers hebben veel geleerd over waar oudere clienten behoefte aan hebben. Ze voeren nog steeds zorgtaken uit, maar het accent ligt op het welzijn van de bewoners. Zoals een van de medewerkers het formuleert: zorg is zoveel meer dan iets voor een ander doen. Het is aansluiten op de beleving van mensen.
Geef een reactie